En in de woestijn zag ik de regenboog
Ik ging weer op trektocht, te voet, de woestijn de Sinaï - Egypte in. Het land waar, volgens de overlevering, Mozes doortrok met zijn volk, eeuwen en eeuwen geleden.
Deze eerste dag zie ik nog water. Het water van de Rode Zee weerspiegelt de helder blauwe hemel. Het nodigt mij uit. Alsof ik mezelf letterlijk en figuurlijk schoon mag schrobben voor het grote gebeuren. Alsof ik nu mijzelf, nu al, kan wassen voor de komende weken.
De eerste nacht op mijn matje in de slaapzak. Een diep blauw fluwelen firmament met miljoenen sterren als een beschermende deken boven mij. Het geruis van de golven van de zee. De wind die om mijn hoofd speelt. De aarde die mij draagt - zacht en hard. Alle elementen zijn tastbaar en merkbaar. Het wordt dag. Als het eerste half uur lopen achter mij ligt besef ik pas goed dat de komende dagen alle normale dingen onbereikbaar geworden zijn. Wat eng. Geen kraan, geen WC, geen TV, geen telefoon, geen plichten, geen kus, geen aai over mijn bol, geen...geen...Wat een bevrijding. En nu ? Lopen, lopen. Met mijn rugzak, met mijn geestelijke bagage. Met mezelf. Mijn vreugdes mijn verdrieten mijn verleden mijn heden mijn toekomst mijn...mijn...mijn..Totdat ik besef dat niets van MIJ is. Met iedere voetstap laat ik iets los en met iedere voetstap komt er iets nieuws.
Lopen is een meditatief spel. Links rechts links rechts yin yang yin yang. Je kunt er niets aan doen het gebeurt gewoon. Voor achter voor achter boven beneden boven beneden. Bewust of onbewust. Het water in je gaat forser stromen en maakt heel veel vastzittend opgeslagen leven los.
Hele stukken leven trekken aan het geestesoog voorbij. Angstbeelden, vreugdebeelden, gescheurde beelden, gevallen beelden, kapotte beelden, stukjes beelden, scherven. Ik beelden, Goddelijke beelden. Het lied: I walk with God I talk with God. Het klinkt in mij. Iedere stap God God God God. En God wordt steeds groter en groter, zachter en zachter, mooier en mooier, heler en heler op het ritme van mijn ene en andere been. Totdat God zich aan mij openbaarde door het teken van zijn verbond. Vóór mij, hoog aan de hemel, daar midden in de woestijn, verscheen op mijn geestesoog helder en kleurrijk in zuivere kleuren de regenboog.
Voordat ik iets besefte bewoog de boog zich naar mij toe en trok in de volle lengte door mij heen de aarde in. Ik voelde alle kleuren in mij, door mij, buiten mij. Een kleurrijke bries verbond mij met de hemel en de aarde. Voor immer.